Voor het raam hangt een verkiezingsaffiche: “Het moet anders in Nederland.” Op het huis ernaast hebben ze ook een affiche opgehangen. “Hoe dan, buurman?” We leven in een land waarin veel mensen het verschil niet weten tussen verkiezingen en Big Brother-nominaties. Waarin het schlagerzangers, voetbalcommentatoren en sexbaronnen wel geinig lijkt om een bescheiden greepje naar de macht te doen. En waarin een kale dandy na jaren vergeefse pogingen om bij welke partij dan ook een voet tussen de deur te krijgen, nu een Daimler-limo huurt en beweert dat hij een roeping heeft. De geschiedenis is vol van mannen die gezworen hebben dat ze het volk wilden dienen, om vervolgens te trappen op de handen die hen droegen.
Heel soms gebeurt het tegenovergestelde. Bijvoorbeeld met die boerenzoon uit de armste streek van Italië, de Abruzzen. Petrus Celestinus wil geen macht, maar eenzaamheid. Hij wil zijn gedachten laten rijpen op wolken van stilte, en nadat hij op zijn 36e benedictijner monnik is geworden krijgt hij toestemming om zich terug te trekken in het woeste Monte Morrone-gebergte.
Dat stilte luider kan klinken dan de schreeuwerigste slogans blijkt al gauw. Het gerucht van Petrus’ heiligheid verspreid zich door de streek en tientallen mensen sluipen de berg op om huisjes te bouwen rond de cel van Petrus Celestinus. Het zal het begin zijn van een orde: de Celestijnen.
In 1294 hebben ze in Rome een probleem. Doordat ze al twee jaar zonder paus zitten, begint de kerk alle tekenen te vertonen van een schoolklas zonder meester. O ja, er zijn genoeg ambitieuze theologen en politici die graag de hoogste kerkelijke macht zouden willen bekleden…ze beconcurreren elkaar op leven en dood. Dan komt een van de kardinalen op een idee: er schijnt ergens in de bergen iemand te wonen, die al tijdens zijn leven als een heilige wordt vereerd…
Het moet een potsierlijk gezicht zijn geweest, die flonkerende karavaan met al die mannen in de mooiste jurken…als ze op hun knieën vallen voor Petrus Celestinus knielt hij niet-begrijpend mee. Maar als hij eenmaal doorheeft wat de bedoeling is, slaat hij onmiddellijk op de vlucht. Deze nieuwe paus volgt geen roeping, hij moet letterlijk gevangen worden. De 84-jarige grijsaard weet nauwelijks wat hem overkomt – hij is er al zijn hele leven in geslaagd de wereld te ontvluchten en nu is hij er als paus Celestinus de 5e ineens het middelpunt van! Het wordt helemaal niets. Angst verpletterd de arme kluizenaar-paus als hij de deftige kardinalen moet toespreken. Tegen het einde van het jaar mag hij zijn ambt neerleggen en opnieuw zijn kluizenaarscel in. Maar opnieuw zal het volk hem bestormen: want een machthebber die zijn macht niet wil, dat is de ware paus. Uiteindelijk wordt Petrus zo’n bedreiging voor de nieuw gekozen paus Bonifatius de 8e, dat die zijn pauselijk leger op Petrus afstuurd en hem, ver weg van de mensen, gevangen laat zetten. En da’s precies wat Petrus wilde. Een cel waar niemand hem zal kunnen vinden. Anderhalf jaar later overlijdt hij in rust en eenzaamheid, de man die uit alle macht zijn macht bestreed, en de heilige werd van het gewone volk.