Persoonlijk vind ik het vaak van een ontroerende naiveteit, hoe sommige heiligen –excusez le mot- bijna lullig worden afgebeeld. Agatha van Catania met een schaaltje waarop haar borsten liggen…doet dat enig recht aan de martelingen die de moedige vrouw heeft moeten doorstaan? Altijd die eeuwige palmtak voor de martelaars. De lelie voor de maagden…Veronica met haar zweetdoek, Lidwina met haar schaatsen, en…het kan nog erger: bisschop Robert met zijn zoutvaatje.
Een zoutvaatje? Ja, Robert of Ruprecht verkondigde het geloof in Beieren en wist Theodor die daar hertog was tot het geloof te bekeren. In Beieren lag ook Salzburg, dat zijn naam dankt aan de zoutwinning…vandaar.
Nadat Robert in Beieren een heleboel heidense tempels had omgebouwd tot kerken trok hij het woeste bergland in. Hij moet het gevoel hebben gehad dat hij enkele eeuwen terugreisde in de tijd. Want in het achterland trof hij vervallen stadjes aan die stil waren blijven staan in de Romeinse tijd, verwilderde resten van christelijk geloof dat in de afwezigheid van priesters was teruggevallen tot een soort heidendom, compleet met afgodsbeelden en fetisjisme. Het ergste was de grote nederzetting Juvarium eraan toe. Hier was het Romeinse Rijk na vele eeuwen nooit opgehouden te bestaan. Hij stuurde zijn nicht Ermentrudis erheen om een kloosterschool op te zetten en leerde de mensen hoe ze het land moesten bewerken en hoe ze de zoutmijnen konden ontginnen. De stad Juvarium zou voortaan Salzburg heten, en na de dood van Robert, in 718, bleven de inwoners van de stad hem vereren als de man die hen uit de greep van de Romeinen bevrijdde, vele eeuwen nadat dit Rijk was ingestort. Behalve zijn sterfdag, de datum van vandaag, vieren de Salzburgers ook de dag waarop hun redder heilig werd verklaard, in september. Op z’n Salzburgs heet dit feest van de heiligverklaring Herbstruperti.