Ze moet in de 13e eeuw hebben geleefd in het hertogdom Brabant, in Woluwe, een dorpje vlakbij Brussel. Haar ouders hebben maar één kind gekregen en noemen haar Maria. Zou het aan haar strenge opvoeding hebben gelegen of is Maria Dolorosa van zichzelf uit zo vroom: in ieder geval neemt ze zich als kind al voor dat ze later zal afzien van elke vorm van bezit en dat ze een kuis leven gaat leiden.
Toevallig is Maria Dolorosa een oogverblindend mooi en welgeschapen meisje, en weldra meldt zich de eerste jongeman, die bekent dat hij tot over zijn oren verliefd op haar is. De manier waarop ze zijn aanzoek afwijst laat geen enkele ruimte voor twijfel, en thuis likt de jongeman zijn wonden. Hij zint op wraak. Bij haar thuis steelt hij een zilveren beker en stopt die in de tas die Maria altijd bij zich draagt. Als de diefstal wordt ontdekt wijst hij Maria als schuldige aan. En voor de rechter maakt hij het nog wat erger door te verklaren dat hij helemaal in de ban van Maria is geweest, dat ze zonder twijfel een heks moet zijn. De straf die daar in die dagen op staat is de doodstraf, en Maria Dolorosa wordt levend begraven. Volgens de legende moet dan vervolgens ook nog eens een paal door haar hart worden geslagen. Het mokerende geluid van de beul moet tot in de verre omtrek te horen zijn geweest.
En de jongen die haar dit heeft aangedaan met zijn valse beschuldiging: zijn verliefdheid slaat om in krankzinnigheid. Hij gaat tekeer als een wild beest en men sluit hem op in een ijzeren kooi. Zeven jaar zal hij daarin opgesloten blijven, dan besluit men in een laatste poging hem te genezen de kooi naar het graf van Maria te brengen. Daar bidden de omstanders net zo lang tot de kooi uit elkaar valt, en een kerngezonde jongen op staat…om vervolgens op zijn knieën op haar graf te vallen en alles te bekennen. Op dat moment, zo wil de legende, dalen 13 vrouwen neer uit de hemel om iedereen gerust te stellen: Maria Dolores is in de hemel en draagt drie kronen: van armoede, kuisheid en het martelaarschap.